Apotheek Duivenstede

Apotheek Duivenstede

Welkom bij Apotheek Duivenstede. Via onze website kunt u 24 uur per dag terecht voor vragen, bestellingen en informatie over geneesmiddelen. Wij staan voor u klaar op werkdagen van 8 tot 18 uur. En daarbuiten verwijzen wij u door naar de Spoedzorgapotheek in het Bethesda ziekenhuis.

Inschrijven
Header afbeelding

Services van uw apotheek

Bij Apotheek Duivenstede bieden wij u graag persoonlijke aandacht om u optimaal te ondersteunen bij het gebruik van geneesmiddelen. Stel uw vraag aan een van onze assistentes of maak een afspraak met de apotheker. Op onze website kunt u eenvoudig 24 uur per dag een herhaalrecept aanvragen. Daarnaast vindt u een uitgebreid aanbod aan informatie over geneesmiddelen, gezondheid en zelfzorg.

Medische Encyclopedie

Medische encyclopedie > Klachten zoeken > Klachten overzicht > Middenoorontsteking

Inhoud

Middenoorontsteking

Wat is middenoorontsteking?

Oorpijn bij kinderen komt bijna altijd door een ontsteking van het middenoor. Het middenoor is de ruimte direct achter het trommelvlies in het oor.

Als uw kind een middenoor-ontsteking heeft, gaat de ergste oorpijn meestal vanzelf over. Vaak binnen 2 tot 3 dagen. Bij kinderen jonger dan 2 jaar kan de oorpijn langer dan 1 week blijven.

Kinderen van 5 jaar en ouder krijgen minder vaak een middenoor-ontsteking. En na de puberteit komt het bijna helemaal niet meer voor.

Het middenoor is de ruimte direct achter het trommelvlies. Er loopt een klein gangetje van het middenoor naar de neus en keel. Dit gangetje heet de buis van Eustachius.

nhg-afbeelding-slijmoor.jpg

 

1: uitwendige gehoorgang
2: trommelvlies
3, 4, 5: gehoorsbeentjes
6: middenoor
7: evenwichtsorgaan
8: buis van Eustachius
9: slakkenhuis
10: gehoorzenuw

Een middenoor-ontsteking begint meestal met een gewone verkoudheid of keelpijn. Het verkoudheidsvirus zit in de neus en keel. Door de buis van Eustachius kan het virus ook in het middenoor komen. Het middenoor wordt dan ook ‘verkouden’ en dat noemen we een middenoor-ontsteking. Vaak komen er ook bacteriën bij.

 

 

Kan ik er zelf iets tegen doen?

Wat kan de apotheker voor mij doen?

Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.

  • Receptcontrole

De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.

  • Overzicht van uw medicijnen

Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.

  • Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners

Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.

  • Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen

Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.

  • Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen

De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.

  • Persoonlijk gesprek over uw medicijnen

Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.

  • Medicatiebeoordeling

Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.

  • Zelfzorg

Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.

  • Bezorgservice

Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.

In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?

Bel uw huisarts als 1 of meer van deze dingen kloppen voor uw kind:

  • Uw kind is jonger dan 3 maanden en heeft koorts. 
  • Uw kind wordt zieker.
  • Uw kind wordt suf: het reageert niet of niet goed, of het wordt moeilijk wakker.
  • Uw kind drinkt slecht (minder dan de helft van wat het normaal drinkt).
  • De oorpijn wordt erger.
  • Uw kind heeft pijn als u drukt op het bot achter het oor.
  • Het oor gaat van het hoofd afstaan.
  • Uw kind heeft oorpijn met hoofdpijn of nekpijn.
  • Uw kind heeft oorpijn en is jonger dan 6 maanden.
  • Uw kind is jonger dan 2 jaar en heeft aan beide oren oorpijn.
  • De koorts of pijn zijn na 3 dagen nog niet minder.
  • Uw kind heeft het downsyndroom en oorpijn.

Bij een loopoor:

  • Is het oor na 1 week nog niet droog? Ga dan met uw kind naar de huisarts.
  • Is het oor binnen 1 week droog? Wacht dan nog 1 week en ga dan met uw kind naar de huisarts. De huisarts controleert of het gaatje in het trommelvlies weer dicht is. Als het gaatje dicht is, mag uw kind weer zwemmen.
  • Heeft u kind trommelvlies-buisjes en een loopoor? Bel dan de huisarts of uw KNO-arts. Uw kind krijgt dan meteen oordruppels met antibiotica. 

Als uw kind van de huisarts antibiotica heeft gekregen: 

  • Bel de huisarts als de koorts of oorpijn na 2 dagen antibiotica nog niet minder is. 

Welke medicijnen worden gebruikt bij

Paracetamol
Meestal gaat een middenoorontsteking na een paar dagen vanzelf over. Een behandeling is lang niet altijd nodig. Om de oorpijn te bestrijden kan paracetamol worden gebruikt. Paracetamol werkt pijnstillend en koortsverlagend.

Antibacteriële middelen
Antibacteriële middelen worden ook wel antibiotica genoemd en hebben een groeiremmende of dodende werking op bacteriën. Antibiotica zijn zelden nodig bij een middenoorontsteking. Antibiotica zorgen er niet voor dat de klachten sneller over gaan. Soms kan uw arts wel antibiotica voorschrijven, bijvoorbeeld als uw kind erg ziek is of als uw kind jonger is dan 6 maanden

Antibacteriële middelen worden als volgt onderverdeeld:

Penicilline-antibiotica
Penicilline-antibiotica doden vele soorten bacteriën en hebben een goede opname in het lichaam. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei waardoor de bacterie afsterft. Voorbeelden zijn amoxicilline en amoxicilline in combinatie met clavulaanzuur.

Antibiotica van het sulfonamide-type
Antibiotica van het sulfonamide-type zijn middelen die vele soorten bacteriën doden. Ze dringen door in de bacterie en verhinderen de aanmaak van een stof die essentieel is voor de bacterie. Hierdoor sterft de bacterie. Voorbeeld is sulfamethoxazol in combinatie met trimethoprim.

Macrolide-antibiotica
Macrolide-antibiotica zijn middelen die de groei van vele soorten bacteriën remmen. Ze grijpen in op de eiwitaanmaak binnen de bacterie. Een bacterie kan zonder eiwitten niet verder groeien. Hierdoor sterft de bacterie.
Macrolide-antibiotica worden vooral gebruikt tegen bacteriën die ongevoelig zijn voor andere antibiotica en bij mensen die overgevoelig zijn voor penicillinen. Voorbeelden zijn azitromycine en erytromycine.

Tetracycline-antibiotica
Tetracycline-antibiotica zijn middelen die de groei van vele soorten bacteriën remmen. Ze remmen de eiwitaanmaak van de bacterie. Een bacterie die geen eiwit kan aanmaken kan zich niet meer vermenigvuldigen en sterft af. Voorbeelden zijn doxycycline, minocycline en tetracycline.

Cefalosporine-antibiotica
Cefalosporine-antibiotica doden vele soorten bacteriën. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei, waardoor de bacterie afsterft. Voorbeelden zijn cefaclor, ceftibuten, ceftazidim, ceftriaxon en cefuroxim.

Chinolon-antibiotica
Chinolon-antibiotica bestrijden veel soorten bacteriën. Soms schrijft de arts bij een langdurige middenoorontsteking met een loopoor een chinolon-antibioticum voor. Dat kan via de mond (bijvoorbeeld ciprofloxacine) of via oordruppels (bijvoorbeeld ofloxacine).

Antibiotica in combinatie met bijnierschorshormonen in het oor
Antibiotica doden bacteriën of remmen de groei van bacteriën. Bijnierschorshormonen remmen de ontstekingsverschijnselen, zoals zwelling, pijn en jeuk. Een voorbeeld is dexamethason in combinatie met framycetine en gramicidine.

Polymyxine B in het oor
Polymyxine B bestrijdt veel bacteriën. Hierdoor verdwijnen de pijn en jeuk. Het wordt ook gebruikt in combinatie met andere antibiotica, zoals oxytetracycline, neomycine en chlooramfenicol.

Lidocaïne in het oor
Lidocaïne-oordruppels verdoven de gehoorgang. Het pijnstillende effect van deze druppels is matig. Lidocaïne oordruppels mogen niet bij alle soorten oorpijn gebruikt worden. Overleg eerst met uw arts voordat u deze oordruppels gaat gebruiken.

Terug naar overzicht